inspraak Landgoed Ockenburgh

SOS sprak in bij de raadscommissiebehandeling op 5 maart 2014 om projectontwikkelaars profijtelijke voorstellen te laten doen voor het landgoed Ockenburgh. SOS Den Haag hekelt het feit dat het landgoed én landhuis als gemeentelijke eigendommen zwaar verwaarloosd zijn en dat de projectontwikkelaars zoveel nieuwbouwrechten krijgen dat ze het gemeentelijk herstel mogen opknappen.

 

Goedenavond dames en heren,

Vanavond spreekt u over de brief van het College over een tender voor Ockenburgh. Ik spreek hier namens de eigenaren.

We kunnen ons heel goed vinden in de omschrijving en het doel van de tender die het college voorschrijft. Nadat we 15 jaar lang dit rijksmonument hebben moeten verwaarlozen, simpelweg omdat we geen idée hadden wat we ermee moesten, hebben we de wethouder gevraagd deze tender zo op te zetten.

Die tender moet voorzien in een levensvatbaar toekomstplan voor het landgoed. Een private partij die een enorme hoeveelheid achterstallig onderhoud, onbekwame reparaties, waardeloze verbouwingen en aantastingen van ons moet wegwerken. Die private partij moet dan ook een berg geld meenemen om in ons huis te investeren, iets wat wij decennia hebben nagelaten. We zijn de wethouder dankbaar dat ze ons daarvoor niet aansprakelijk heeft gesteld terwijl de Monumentenwet wel in boetes voorzag. We zijn dankbaar dat u nooit uw bevoegdheid heeft gebruikt om bij ons te komen kijken naar brandgevaarlijke situaties die het monument, al dan niet opzettelijk, in gevaar zouden hebben gebracht. We zijn dankbaar dat u juist bij ons niet handhavend bent opgetreden en ons niet hebt aangeschreven om achterstallig onderhoud op te pakken. We zijn blij met het feit dat we 15 jaar lang met plakband en kit dit rijksmonument wind- en waterdicht mochten houden.

Ronduit verguld zijn we met het feit dat u de private partij een royale bruidsschat geeft om de ruïne, die wij achterlaten, op te knappen. Vierduizend vierkante meter mag er bijgebouwd worden: dat is meer dan viermaal het volume van het rijksmonument ERBIJ. Ik ben blij dat de wethouder de raadsleden niet met beelden heeft ingelicht welk vermorzelend effect dat op ons kleine landhuis heeft. Ik ben ook blij dat de wethouder die private partij behalve de bruidsschat verder volstrekt vrij laat in het stellen van randvoorwaarden. De private partij wordt zo niet vermoeid met de historie van de tuinaanleg, de transformatie-fasen van het neoclassicistische landhuis of de les die we hebben geleerd van de vreselijke moderne jeugdherberg, die gelukkig gesloopt is.

Mevrouw de Jong, Marjolein, niettemin moeten we een paar kritische vragen stellen waarvan we hopen dat de raadsleden deze over willen nemen naar je college.

Vragen

Als randvoorwaarde wordt gesteld dat het landhuis openbaar toegankelijk moet zijn. Waarom? Wanneer je het initiatief wilt belonen om het gebouw niet uit te breiden maar een brandpunt van de buurten wilt laten zijn dan had je dat met Stadsherstel en de initiatiefnemers kunnen kortsluiten.

Waarom? Als het landhuis gerestaureerd wordt tbv een hospice dan is bezoekbaarheid een private kwestie geworden. Wat wil je van het interieur zo graag laten zien? Er is niets meer van over.

In je brief van 18 december stel je dat je samen met Stadsherstel de mogelijkheden zou verkennen om op korte termijn te starten met een casco renovatie. Navraag leert dat Stadsherstel na oktober 2013 niets meer heeft vernomen. Vreemd om raadsleden op het verkeerde been te zetten. De expertise bij Stadsherstel is helemaal niet benut om te komen tot een definitief ontwerp en bestek voor herstel en restauratie van het landhuis, zoals verderop in die brief staat. Een restauratie waarvoor jullie het lachwekkend lage bedrag voor de versnellingsimpuls van 1,6 miljoen euro hebben gereserveerd. Hiervan zou trouwens maar 7 ton voor de opknapkosten bestemd zijn, waar is de rest gebleven?

In die brief schrijf je ook dat uiterlijk deze maand wordt begonnen met de restauratie. Is er dan al een omgevingsvergunning voor dit monument aangevraagd?

Door nu in je brief van februari alleen nog maar over de tender te praten heeft het er alle schijn van dat je helemaal niets doet en de hele mik over de schutting gooit bij een marktpartij. En daar dan een bestemmingsplan voor knipt en scheert. Reken maar dat die marktpartij dan boktor en zwam in de gootklossen en spanten aantreft. Dan zal helaas het monument afgebroken moeten worden en heeft de gemeente het nakijken. Marjolein, bedankt!

Peter Drijver, voorzitter SOS Den Haag